TCMG Jaarverslag Achter de cijfers 1: Acuut onveilige situaties

De cijfers over AOS zijn als volgt: Maar liefst 755 keer is er het afgelopen jaar op de rode knop gedrukt. Uiteindelijk is “maar” 127 keer een gegrondverklaring afgegeven, je zou kunnen denken “dat het dus wel meevalt”. Maar laat dit even op je in werken..

In een jaar tijd zijn er 127 woningen acuut onveilig verklaard. En we weten inmiddels: dan is het ook echt acuut onveilig! Honderdzevenentwintig keer zijn ingrijpende maatregelen getroffen in de vorm van stutten, of zijn mensen het huis uit gehaald om elders ondergebracht te worden (deze aantallen ontbreken in het verslag). U moet zich indenken wat dat zou betekenen als het in de provincie Utrecht of Noord-Holland zou gebeuren.. 127 Woningen, dat betekent dat de levens van zeker zo’n 250 mensen op de kop staat. Angst, onzekerheid, improviseren, beslissingen nemen waarvan je de consequenties niet kunt overzien. Hoe nu verder?
Een vraag die zelden beantwoord kan worden. Het AOS-team zorgt er keurig voor dat ze je “veilig” achterlaten – gestut of in een container -. Maar daarmee zijn je problemen niet opgelost. Verre van. Daarvoor ben je weer afhankelijk van anderen. Veel anderen. Je gemeente, de NCG, de TCMG, de commissie bijzondere situaties, de onafhankelijk raadsman. Ieder doet zijn stukje “meer kunnen we niet doen” en de bewoner blijft eigenaar van het probleem dat hij zelf niet kan oplossen.

En dan de 628, zeshonderdachtentwintig! gevallen waarbij de AOS-melding ongegrond werd verklaard. Je kunt denken: nou, mooi, daar was gelukkig niks aan de hand. Maar dat is natuurlijk niet zo. Ook deze 628 hebben een aanleiding gehad om een melding te doen. En dat was doorgaans geen haarscheurtje hier en daar. In 628 gevallen hebben echtparen, gezinnen, elkaar aan gekeken. “Kan dit echt nog zo? Ik vertrouw het niet meer. Het voelt niet goed. Moet je kijken, alweer erger geworden. En wat als..?”

Zo’n 1500 mensen die niet ontspannen naar bed gaan, die zich zorgen maken, die last hebben van de scheuren waar ze permanent tegen aan kijken. Zij zijn ongegrond verklaard, maar daarmee niet altijd gerustgesteld. Niet zelden is de conclusie dat “er inderdaad wel wat moet gebeuren” maar dat het niet acuut is. Tja.. En wat dan? Bellen met een andere instantie? Misschien versterken? Misschien schade herstellen? Misschien, ja, wat? Wachten tot het erger wordt en dan maar weer een AOS?

Ook de ‘reguliere’ meldingen blijven in grote getale binnenkomen. Het totale aantal openstaande meldingen hangt nu rond de 19.000. Dat is meer dan toen begonnen werd met de stuwmeerregeling – zo’n 17.000. Met de afname van de schade inspecties door de coronacrisis zal dit aantal naar verwachting toenemen. Wij hebben er eerder voor gepleit de stuwmeerregeling ‘permanent’ te maken. Met andere woorden: zodra een melding langer dan een jaar open staat volgt automatisch hetzelfde aanbod (5.000 euro schadevergoeding incl. overlastkosten, 11.000 facturen aannemer, of wachten op reguliere opname). Met de uitspraken die de TCMG in dit jaarverslag doet, namelijk dat de doorlooptijd gedaald is naar gemiddeld 150 dagen, zou dit geen al te groot probleem moeten zijn.

Delen